Elementaire werkzaamheden in en rond de bijenhal het jaar rond
Slingermaand
De zomerdracht bij ons ligt tussen 1 juni en 15 juli.
Tijdstip van het slingeren: na 15 juli, indien men niet naar de heidedracht gaat. Deze worden geslingerd rond 15 september, na de heide dracht.
Waar moet men op letten:
- Alleen verzegelde honing, die minstens voor ¾ verzegeld is, slingeren. (Gevaar voor gisting.)
- Bij twijfel doet men de kloptest: Men schudt met het raam, honing mag niet lekken.
- Alleen de ramen uit de honingzolder en de ramen uit de tweede bak die niet behandeld zijn slingeren.
- Nooit de volken kaal slingeren, zij hebben nog veel eten nodig om hun jongen te voederen. Denk eraan dat zij 8 cellen eten nodig hebben om één larve te voederen.
- Het afnemen van de honingramen moet gebeuren ’s morgens vroeg, een paar uur voordat men slingert. Oppassen voor het roven van de bijen.
- Het vervangen van te oude of slechte koninginnen door bevruchte koninginnen.
- Afleggers maken met de geslingerde ramen? Men zet de geslingerde ramen terug op de kast boven de koninginnenrooster zodanig dat men zoveel mogelijk jonge bijen in de geslingerde bak krijgt.
- Samenstelling nieuw volk: Nieuwe bodem; hierop zet men de honing zolder met bijen; uit de broedbak nemen we 1 raam met eten en 1 raam met stuifmeel en deze verwisselen we met de geslingerde ramen, alle bijen laten we in het nieuwe volk;
Hierop legt men de nieuwe aan de leg zijnde koningin, twee dagen gesloten laten en daarna laten uiteten. Dit volk moet men eten geven: 2,5 kg deeg - De geslingerde ramen die men niet meer nodig heeft, niet laten uit eten en gestapeld opbergen op een koele en bijendichte plaats.
- Behandelen van de volkeren tegen de varroa, direct na het slingeren.
- Imkers die naar de heidedracht willen gaan, moeten nu reeds hun kasten gereed maken.
Bestellen van jonge aan de leg zijnde koninginnen kan nog, zolang ze voorradig zijn.