Lente (maart – mei)
Start van een kolonie: De koningin, die de winter heeft overleefd, ontwaakt uit haar winterslaap en begint een nieuwe kolonie. Ze zoekt een geschikte locatie, zoals een boomholte of menselijke structuren om haar primair nest te bouwen. De koningin legt eitjes en verzorgt deze zodat ze uitgroeien tot werksters.
Zomer (juni – augustus)
Opbouw van het nest: De werksters nemen de taak van het uitbreiden van het nest over. Dit wordt opgebouwd uit een papierachtige substantie, gemaakt van gekauwd hout, gemengd met speeksel.
Taakverdeling: De kolonie groeit, en de werksters nemen specifieke taken op zich, zoals het verzorgen van de eitjes, het voeden van larven en de verdediging van het nest.
Groei: De kolonie groeit behoorlijk en door plaatsgebrek beginnen de werksters met de bouw van een secundair nest of wordt het primair nest verder uitgebouwd. Het secundaire nest bevindt zich binnen enkele tientallen meters van het primair nest, en is beduidend groter.
Secundair nest: Dit nest kan zeer groot worden met veel individuen het bevindt zich vaak op zeer grote hoogte. Aan de onderkant – zijdelings bevindt zich de ingang. Omdat deze nesten zich vaak in boomkruinen bevinden, zijn ze moeilijk te vinden.
Herfst (september – november)
Activiteit: een nest kan tot zeer laat op het jaar nog actief zijn, tot half november en soms nog later zijn geen uitzondering.
Voortplanting: De nieuwe koninginnen en mannetjes verlaten het nest en paren.
Sterven van de kolonie: De werksters en mannelijke hoornaars sterven, terwijl bevruchte koninginnen op zoek gaan naar een geschikte overwinteringsplaats.
Winter (december – februari)
Overwintering: De nieuwe koninginnen overwinteren op beschutte plaatsen en kunnen in het voorjaar de jaarcyclus herhalen. Efficiënte beheersmaatregelen zijn nodig om de impact van deze soort op de biodiversiteit te beperken.